En tant que ministre-président de la Cocof, j’ai lancé avec mon homologue flamand de la VGC, Jean-Luc Vanraes, un appel solennel à une mobilisation des forces pour l’avenir de l’enseignement à Bruxelles qui devra faire face au boom démographique annoncé en Région bruxelloise. Personne ne peut en effet se dégager de ses responsabilités face à l’émergence d’une population jeune. Abaisser l’âge de l’obligation scolaire aurait un coût, mais réduirait par ailleurs à terme l’ardoise de 335 millions d’euros par an liée au décrochage scolaire

- L’Edito du journal Le Soir du 2 avril 2010, par Eric Deffet :

Le méchant, les responsables et l’optimiste

Comparaison politique n’est pas toujours raison. Mais il est tentant de tisser ici le lien entre trois événements qui ont marqué l’actualité de ce jeudi.

En périphérie bruxelloise, trois bourgmestres victimes d’un scandaleux déni de démocratie ont reçu du ministre flamand de l’Intérieur un courrier outrageant. Les motifs de leur nonnomination à un poste obtenu démocratiquement leur sont crûment notifiés. Pire : Geert Bourgeois dresse le portrait « idéal » d’un futur candidat bourgmestre, dont il validerait le mandat, sans renâcler cette fois. Comme s’il appartenait à une autre autorité que le législateur de définir les contours de la fonction.

Cette politique-là, qui exclut, qui pratique l’ostracisme, provoque la rage et l’incompréhension.

A Bruxelles ensuite, deux mandataires aux antipodes l’un de l’autre – le libéral flamand Vanraes et l’écolo francophone Doulkeridis, fameux grand écart ! – ont décidé de faire cause commune au-delà de leurs divergences : dans Le Soir, ils sonnent ensemble la mobilisation au profit des écoles de la Région-Capitale.

Cette politique-là, qui unit et passe à l’action, montre qu’elle a le sens des responsabilités.

A Namur enfin, le ministre-président Rudy Demotte et son gouvernement ont décidé qu’à l’avenir, il faudra parler de « Wallonie, terre d’accueil ». Il y aura aussi un drapeau et une capitale, une vraie. Tout cela relève du symbole. L’Olivier namurois doit encore prouver qu’il peut concrétiser un projet derrière des concepts sympathiques. Demotte joue l’image. Ce n’est que ça. Mais c’est déjà ça, au fond.

Cette politique-là, qui mobilise avec des idées et motive les troupes pour un avenir meilleur, respire au moins l’optimisme.

Un méchant, des responsables et un optimiste : n’en tirons pas de conclusions hâtives. Sauf pour dire que la politique, c’est aussi un état d’esprit. Et qu’en la matière, Geert Bourgeois a des leçons à prendre, à Bruxelles comme en Wallonie.

- Interview De Morgen 2 april 2010 Door Kim Herbots

Brussel en zijn kinderen hebben nood aan leerplicht op drie jaar

Brusselse onderwijsministers vragen dat ook federale regering verantwoordelijkheid neemt

Ze zijn bevoegd voor Brussels onderwijs, maar tegelijkertijd zijn ze afhankelijk van de onderwijsministers aan beide zijden van de taalgrens. Het is frustrerend werken dezer dagen voor minister Jean-Luc Vanraes (Open Vld) en zijn Franstalige evenknie Christos Doulkeridis (Ecolo) en dat terwijl ze weten wat zou helpen : de leerplicht verlagen tot drie jaar.

Brussel l ‘Ik was blij toen ik hoorde dat Antwerpen met dezelfde problemen kampt als wij’, zegt Vanraes. ‘Eindelijk zal er schot in de zaak komen, dacht ik. Maar dan hoor ik minister Smet zeggen : Antwerpen is Antwerpen en Brussel is Brussel. Tja, voor mij is een kind een kind.’

Pas eind april wordt duidelijk voor hoeveel van die kinderen geen plaats gevonden is in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel en onlangs bleek dat er tegen 2015 79 extra scholen nodig zijn om alle extra kindjes die er in 2015 zullen zijn op te vangen. Desondanks lijkt Vlaanderen zijn keuze al gemaakt te hebben. Meerderheidspartijen sp.a en CD&V willen investeren maar voelen niks voor een ‘ongebreidelde’ capaciteitsuitbreiding en willen niet per se vasthouden aan het marktaandeel van 20 procent dat Vlaanderen nu heeft.

“Ik heb scholen gevonden die bereid zijn plaats te creëren”, zegt Vanraes. “In mei ga ik naar de minister en wil hij niet over de brug komen dan zal ik het zelf moeten doen en op zoek moeten naar middelen.”

Nederlands- noch Franstalig

Aan de andere kant van de taalgrens lijkt het allemaal wat vlotter te gaan. De demografische explosie in Brussel is volgens Christos Doulkeridis opgenomen in het regeerakkoord. De eerste twee nieuwe scholen staan zo goed als in de steigers. “Ik ben hier niet om te zeggen Vlaanderen dit moet doen en Wallonië dat”, zegt Doulkeridis. “Maar het kan niet dat elke gemeenschap aan zijn kant blijft en zegt dat de ander het maar moet oplossen. Dertien procent van de leerlingen in het Franstalig onderwijs in Brussel komt uit Vlaamse gemeentes. Ik kan ook met dat cijfer zwaaien. Nu niks doen is onverantwoord.” “Bovendien”, zo zegt Vanraes. “Vijftig procent van de kinderen is Nederlands- noch Franstalig. Wiens verantwoordelijkheid zijn zij dan ?”

Vlaamse scholen lopen vol onder meer omdat ouders willen dat hun kinderen Nederlands leren, zo hoor je. Smet wil daarop de kwaliteitsproblematiek aanpakken door Nederlandstalige leerkrachten te ‘detacheren’ naar het Franstalig onderwijs. “Dat kun je maar op beperkte schaal doen”, meent Vanraes. “Er zijn gewoon niet genoeg leraren.” “Er zijn problemen met de kwaliteit van de Nederlandse lessen”, zegt Doulkeridis, “maar anderzijds is het ook bijlange niet meer zo dat in Vlaanderen alle leerlingen tweetalig van school komen. Dat gaat ook achteruit. Ik gooi geen steen : ik zeg gewoon dat niemand op zijn lauweren mag rusten. We moeten dit samen aanpakken.”

De problemen zijn verrassend gelijklopend : ook de Franstalige scholen in het centrum zitten vol, ook zij vinden geen leraren. Maar Doulkeridis en Vanraes willen geen klaagzang, wel een alarm. “We moeten samen rond de tafel gaan zitten. Gemeenten, gewesten en ook de federale regering. Het gaat hier om de nationale hoofdstad, om de jeugd die later de pensioenen moeten betalen”, stelt Doulkeridis. “Als er geen scholen zijn, geen leraren en niemand bougeert dan moet je niet verrast zijn door veiligheidsproblemen.”

Naast capaciteit is er nog een belangrijk item : kwaliteit. En daar is federale input voor gewenst. Beide heren hebben immers een plan. “Ik hoor Smet altijd zeggen dat er een derde van de kinderen Nederlandstalig moet zijn om de kwaliteit te verbeteren”, aldus Vanraes. “Geen enkele wetenschappelijke studie staaft dat. Wij hebben scholen zonder Nederlandstaligen waar de resultaten goed zijn. Alleen : die scholen liggen in Ukkel of Sint-Lambrechts-Woluwe. Kansarmoede, dát is bepalend. En dus moeten we naar kleinere klassen in gemeenten met een zwak sociaaleconomisch profiel.”

En naar een verlaagde leerplicht. “Zoveel kinderen arriveren in het eerste leerjaar en spreken Frans noch Nederlands. Ze moeten na verloop van tijd afhaken. Niet omdat ze dom zijn, louter vanwege de taal. Dat is jammer”, meent Vanraes. “Laat kinderen daarom verplicht vanaf de eerste kleuterklas komen. In de hogere jaren is het onderwijs vaak ex cathedra en spreken ze zelf amper tien minuten per dag Nederlands. In de kleuterklas worden ze ondergedompeld in een taalbad.